Poëzie, Recensies

Michael Tedja vindt van niet

Exclusief

Michael Tedja

Uit de korte documentaire die Interakt maakte over zijn beeldende werk en uit het feit dat hij naast dat werk sinds 2003 drie romans en vier dichtbundels heeft gepubliceerd, krijg je een beeld van Michael Tedja (1971) als een extreem productieve kunstenaar die zelden zijn atelier verlaat. Zijn tentoonstellingen bestaan vaak uit zoveel werken dat ze nauwelijks meer in het museum passen, en ieder werk lijkt naar ieder ander werk en naar de kunstenaar zelf te verwijzen. Zijn dichtwerk is minder uitbundig, maar zijn vorige twee bundels, Tot hier en verder en Regen, zitten ook vol met intertekstuele verwijzingen, reflecties op kunst, en reflecties op die reflecties. Het is een oeuvre waarop de term ‘hermetische poëzie’ vrij duidelijk van toepassing is.

 

Tedja’s thema is altijd individualiteit en een manier vinden om authentiek te zijn in een wereld die van alles over je vindt. Hij gaat hier vrij methodisch tegen te werk: in zijn roman Briljante man staat een alinea waarin de verteller opnoemt wat hij allemaal hekelt. Hij hekelt de witte kunst, maar hij hekelt ook de verplichting om een zwarte kunstenaar te zijn; hij hekelt de kunstwereld en de anti-kunst. Als je niet Duchamp, Warhol of Bataille heet, heeft Michael Tedja iets tegen je te zeggen.

 

Die individualiteit keert ook terug in de vorm van de gedichten, die in een soort geheimtaal zijn geschreven. Er is een code, maar  er is een vastberaden lezer voor nodig om die eruit te halen. Een voorbeeld: aan het begin van Tot hier en verder noemt het lyrisch ik zichzelf een rivier. Als er later eeen rivier voorkomt, moeten we begrijpen dat dat lyrisch ik daarmee zichzelf benoemt. Later in de bundel noemt het lyrisch ik zijn huid een ‘bast’, en als Regen opent met een gedicht waarin een rivier met een bast voorkomt, is het aan ons om uit te vogelen wat er gezegd wordt. Elk nieuw gedicht introduceert nieuwe metaforen; sommigen logisch, zoals ‘kaas’ voor Nederlandsheid, en andere zijn meer inside jokes. Aan het einde van zijn bundels krijg je sterk de behoefte aan een verklarende woordenlijst.

 

Tedja’s werk is uniek: er is volgens mij niemand anders die zo schrijft, omdat niemand anders op deze specifieke, persoonlijke manier zou kunnen schrijven. Exclusief, zijn nieuwe bundel, laat zowel zien wat hij met die manier van werken kan bereiken, als alle slechte gewoontes die hij in zijn  eerdere bundels ontwikkelde. De bundel opent met vijf van de beste gedichten die hij ooit gepubliceerd heeft en eindigt met zijn zwakste poëtische werk tot nog toe – gedichten die soms bijna op een tamelijk gemene parodie op die uit het begin van de bundel lijken.

 

Neem ‘Maan’ uit de eerste afdeling, waarin een hoop van de ‘sleutelwoorden’ van deze bundel worden geïntroduceerd. Na een beschrijving van een gezin dat wordt gedomineerd door drugs, ontrouw, en geestdodend werk, overlijdt de zus van de lyrisch verteller. Tedja omschrijft de crematie:

 

            De kist verbrandde in de hitte van de ovenruimte.

Het maakte niet uit wat ik zei. Alles werd genoteerd.

 

Van elk lichaam werden de achterstanden genoteerd

en tot leerpunten gemaakt. dief – pispot – berooid.

 

Van elk lichaam werden op de korte en de lange termijn

inzichten genoteerd. ontrouw – kale poes – duister.

 

Voor elk lichaam werden plannen ontwikkeld

en genoteerd. stier – herman – neus.

 

Voor elk lichaam werden intern

teamvergaderingen gehouden.

 

Er zit een grunge-achtige hang naar het duister in Exclusief, zowel in zijn cynisme over de wereld als in de fletse, verslagen manier waarmee die wordt omschreven. De gedichten in de bundel die expliciet over de mentale gezondheidszorg gaan, lijken qua toon wat op die van het vroege werk van Daniël Vis. Bureaucratie is nooit ver weg bij Tedja en die wordt vaak verbonden met het idee van Nederland.

 

Naast die sfeer hint Tedja ook vast naar wat er gaat komen: verder in de bundel staan gedichten die  ‘Dief’, ‘Pis’, ‘Duister’ en ‘Stier’ heten. En het gedicht bevat de volgende regels, die dienen als een soort manifesto voor het hele werk:

 

            Ik ben mijn tijd ver vooruit.

Ik doe aan waarheidsvinding.

 

Die ga ik met een scalpel te lijf.

Zorg voor jezelf. Zoek geen baan.

 

De maan is niet wit, zwart of universeel.

 

Het is eigenlijk ten overvloede dat Tedja verderop zegt hoe belangrijk de dadaïsten voor hem zijn geweest: hij heeft nooit iets gepubliceerd dat niet gaat over zijn strijd tegen de hypocrisie. De beste gedichten van Exclusief zetten specifiek in op de mentale gezondheidszorg en op Nederlands racisme.

 

Tedja is al jarenlang een van de felste antiracisten in de Nederlandse poëzie. Het titelgedicht in Regen bestaat uit vijf racistische citaten uit bundels van witte dichters, waaronder een van Sybren Polet, wiens pullquote op de achterflap van Tedja’s eerste bundel staat – wat, naast tamelijk hardcore, ook een van de grappigste dingen is die hij ooit gedaan heeft. Hij noemt ook expliciet dat de naam van Regen eigenlijk van achter naar voren moet worden gelezen. En Exclusief graaft nog dieper, zoals in ‘Korf’:

Een overdreven houding is een zwak teken in het intermenselijk verkeer, zei hij. Hij is een Nederlander. Hij heeft geen gesprek gehad met Afrika. Zij voelen en praten niet. Dat zijn vaardigheden die afgekeurd worden. Er zijn tal van manco’s.

Maar in tegenstelling tot bijvoorbeeld veel van de auteurs in de bundeling Zwart (2018) heeft Tedja geen boodschap aan pan-Afrikanisme of raciale solidariteit. Hij zet zich af tegen het beeld dat witte lezers van hem hebben – een gevoelsmens dan wel iemand die te reduceren is tot zijn kleur – maar hij weigert evengoed om de zwarte gemeenschap goed te representeren. Hij spreekt alleen namens zichzelf. (‘mijn bedrog is poëtisch en dus niet of nauwelijks politiek’). Deze afkeer van wat hij ‘identiteitsproblemenproblemen’ noemt is deels een hekel aan mensen die hem vertellen wat hij moet doen en deels een afkeer tegen ras als een kenmerk om mensen van elkaar te onderscheiden. Zijn antiracisme komt minder voort uit solidariteit met zijn afkomst en meer uit een stellige weigering om zich door niemand anders dan zichzelf te laten definiëren. Dat geldt wat hem betreft voor iedereen. Hij heeft weinig op met de indeling van kunst in ‘zwart’ en ‘wit’. ‘We zijn allemaal zwarte kunstenaars’, zegt een personage in Briljante man. Tedja’s persona in Exclusief is net als de maan die hij omschrijft: niet zwart, wit of universeel.

 

Die afkeer tegen druk van buitenaf lijkt ook te verklaren waarom hij zich in de zwakkere gedichten in de bundel zo overgeeft aan zijn slechte gewoontes. Er zit steeds meer herhaling in, de cryptische metaforen worden zo groot dat je de gedichten meer ontcijfert dan leest, steeds meer gedichten eindigen met woordspelingen die nooit zo gevat zijn als ze bedoeld lijken, en als Tedja tegen het einde begint over hoe het internet ons eenzaam heeft gemaakt, ga je je als lezer afvragen of die eerste gedichten toevalstreffers waren, of dat die laatste misschien beter zijn dan je eigenlijk denkt omdat ze zijn voorafgegaan door zoveel goeds – wat in de literatuurwetenschap het Ob-la-di, Ob-la-da-effect genoemd wordt. En door alle in elkaar hakende beelden wordt het vrijwel onmogelijk om Exclusief op een andere manier te lezen dan wat Michael Tedja bedoeld heeft. Wie tegen de draad in leest, raakt hopeloos verdwaald.

 

Hij heeft een goedgekozen titel, deze bundel. Enerzijds is het een sneer naar de methodes van de kunstwereld om mensen als Tedja buiten te houden, maar de titel functioneert ook als een aanduiding van het lezerspubliek dat zich gaat kunnen vinden in deze poëzie. Wie er de maag voor heeft kan in Exclusief een paar van de beste gedichten van dit jaar vinden – authentiek, zelfverzekerd, en met een visie op racisme die je in weinige andere bundels zult vinden. Maar om diezelfde reden raakt Tedja’s onverzettelijke individualisme je als lezer vrij makkelijk kwijt.

Recensie: Exclusief van Michael Tedja door Max Urai.

Ijzer, 2020

Geplaatst op 08/01/2020

Tags: Andy Warhol, Antiracisme, Antiracist, Briljante man, Bureaucratie, Daniel Vis, Exclusief, Mentale gezondheidszorg, Michael Tedja, Nederland, Ob-la-da-effect, Sybren Polet, Tot hier en verder, Zwart

Categorie: Poëzie, Recensies

Naar boven

Reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Je reactie zal pas verschijnen na controle op spam. Dat kan een paar uren of dagen duren.