In November 2021 bracht het collectief Unwanted Words uit Rotterdam de Queer and Feminist Poetry Anthology uit, een bundel met vijftig bijdragen van queer en BIPOC mensen (Black people, Indigenous peoples en People of Color), geschreven in het Nederlands en Engels. Met de bundel wil Unwanted Words ruimte maken binnen het overwegend witte, hetero en cis literaire landschap. Charlotte Knoors ging in gesprek met een van de oprichters van het collectief, Luis Bracamontes en met twee schrijvers die hebben bijgedragen aan de bundel: Zaïre Krieger en Majk Mirković. Zij spraken, net als in het boek, Nederlands en Engels met elkaar. De Engelse passages zijn vertaald naar het Nederlands.
Hoe is het idee voor een queer en feministische anthologie ontstaan?
Bracamontes: Dat is begonnen met het kerndoel van Unwanted Words: een platform bieden aan aanstormend queer talent. We merkten dat er in de queer gemeenschap behoefte was aan meer ruimte voor ontmoeting en verbinding, maar ook voor het delen van verhalen, perspectieven en pijnlijke geschiedenissen – eigenlijk alles wat te maken heeft met queer zijn. Daarnaast merkten we dat er ontzettend veel talent is, maar dat queer – en vooral queer BIPOC – schrijvers, kunstenaars en performers vaak minder kansen en erkenning krijgen in traditionele, heteronormatieve kringen.
In 2020 speelden we met het idee om een eigen awardshow te organiseren door en voor queer mensen van kleur, met categorieën zoals Best Feminist Performance, Best Queer Performance, BIPOC Voice Award, enzovoort. Onze volgende vraag was: wat is een andere mijlpaal in het leven van een schrijver, een dichter of een spoken word artiest, naast het winnen van een prijs? Publicatie! Wat als we eens een anthologie zouden kunnen samenstellen, als een assemblage van verhalen en identiteiten? Vervolgens zijn we de mogelijkheden gaan onderzoeken. We kregen een beurs van de Gemeente Rotterdam en gingen aan het werk. Het is dus allemaal begonnen met een idee, een wens, goede wil en veel vallen en opstaan. Hoewel het boek niet perfect is, zijn we erg trots op het resultaat.
Wel vijftig verschillende mensen hebben bijgedragen aan de anthologie.
Bracamontes: Onze benadering als platform is dat ieder perspectief en iedere stem legitiem is. Het is niet aan ons om te bepalen wat goede en slechte poëzie is. Misschien komt die ene regel die een lezer raakt niet van een gerenommeerd schrijver, maar van een beginnende schrijver of uit een half afgemaakte tekst over een recente ervaring die toevallig resoneert. Dat is waar de waarde ligt voor ons.
Hoe hebben jullie uiteindelijk de selectie gemaakt?
Bracamontes: Dat was lastig. Vanaf het begin was duidelijk dat we een anthologie wilden met een intersectioneel perspectief, om zoveel mogelijk diversiteit en een variatie aan stemmen te omvatten. Dat was een bewuste keuze. Om die reden hebben we geprobeerd een balans te vinden tussen schrijvers die in Nederland geboren zijn en immigranten, maar ook vluchtelingen en mensen met verschillende genderidentiteiten en seksualiteiten. We hebben schrijvers gekozen die bekend zijn en eerder werk gepubliceerd hebben, maar ook schrijvers die net zijn begonnen. We hebben niet gekeken naar de kwaliteit van de teksten, maar naar welke verhalen, gevoelens en ervaringen ze onderzoeken. Daarbij stelden we onszelf steeds de vraag: hoe kunnen we een selectie maken die de wereld weergeeft?
Jullie manier van selecteren is heel anders dan de werkwijze van traditionele uitgevers.
Mirković: Voor mij was de aanpak die Luis beschrijft voelbaar en heel belangrijk. Het voelde erg queer. Dit is mijn eerste publicatie en ik denk niet dat ik genoeg zelfvertrouwen had gehad om me aan te melden als het een traditionele setting was geweest. Voor mij was het duidelijk dat deze anthologie een project was om samen iets te realiseren, voor en door de gemeenschap.
Majk Mirković, Zaïre Krieger, hoe hebben jullie je eigen werk geselecteerd?
Mirković: Voor mij was het niet zo moeilijk omdat ik niet zoveel werk had, dus ik heb eigenlijk bijna alles wat ik tot dan toe had geschreven ingestuurd. Maar alsnog vond ik het lastig. Schrijven is best wel een egoïstische bezigheid. Ik schrijf omdat het voor mij een manier is om mijn gedachten te graveren, als het ware. Doe ik dat niet, dan vervagen ze. Sta ik er even bij stil, dan komt er een gedicht uit. Maar soms vraag ik me af wat anderen eraan hebben om mijn gedichten te lezen. Tegelijkertijd zijn er misschien mensen die denken, dit voelde ik ook, maar ik kon het niet goed onder woorden brengen.
Krieger: Het is inderdaad een egocentrische bezigheid. Maar ik heb de laatste jaren ook gezien dat poëzie echt invloed kan hebben. Precies wat jij zegt, Majk, dat je een soort wandelend raar gevoel hebt dat je niet kan plaatsen, maar dat een kunstenaar daar opeens woorden aan geeft en je je net iets minder eenzaam voelt. Dat is het doel van poëzie. Het stuk dat ik heb ingeleverd heb ik geschreven op een heel slecht moment. Ik voelde me overweldigd, ik voelde allesbehalve de zelfzorg die ik beschrijf en zo nodig had. Het is ook een activistisch stuk. Een hele andere kant van activisme, namelijk rust nemen.
Zaïre Krieger, je schrijft in je gedicht ‘unfortunately my life is a little more colorful’ (‘Jammer genoeg is mijn leven iets meer kleurrijk’). De meeste mensen zouden het fijn vinden als hun leven kleurrijk is. Kan je meer vertellen over die paradox, over waarom het voor jou ‘jammer’ is?
Krieger: Voor dit stuk heb ik veel ochtendroutine-video’s bekeken. Vaak zijn die video’s wit en schoon en hebben ze een gedempt kleurenpalet, omdat dat een bepaalde schoonheid uitstraalt. ‘Unfortunately my life is more colorful’ is tweeledig. Aan de ene kant refereer ik aan kleur in het hele stuk en aan de andere kant heb ik een kleur. In zekere zin is dat ‘jammer’in het grote systeem vanwege racisme. Daarnaast is queer zijn een kleurrijkere ervaring dan die van de meeste mensen, en in dat geval is ‘jammer’ ironisch bedoeld.
Kleuren vormen inderdaad een rode draad door het hele gedicht. Waarom zijn die kleuren belangrijk?
Krieger: Omdat ze een regenboog vormen. Ik voeg iets toe aan een queer anthologie, dus ik vond het leuk om met kleuren van de regenboog te spelen. Bovendien zag ik een keer mijn theekopje tijdens een moeilijke periode groen worden van schimmel. Toen dacht ik: wauw, wat een kleurrijk leven heb ik, en daar komt het eigenlijk vandaan. Dus het is ook een beetje een grapje.
Wat hoop je dat mensen meenemen uit je gedicht?
Krieger: Oké zijn met falen. Ik denk dat toen ik dit stuk schreef, ik op een punt was waarop ik niet echt het gevoel had succesvol te zijn. Maar ik ben nu op een punt waar ik oké ben met falen. Ik heb gemerkt dat als we allemaal comfortabeler zijn met falen, dat we ook iets makkelijker naar succes kunnen werken zonder onszelf constant te veroordelen voor de fouten die we maken. Die fouten gaan er sowieso komen. Ik ben unlike some poets iemand die heel erg meticulous werkt, die alle woorden omkeert en echt kijkt hoe dingen samenvallen. Ik puzzel heel veel. Dus als ik op het podium iets voordraag, zien mensen iets wat af is, maar daar schuilt heel veel falen achter. Daarachter zit veel ‘dit is fout, dit is niet het goede woord.’ Er zitten twintig verschillende gefaalde versies van datzelfde gedicht achter. Dus ik hoop dat wanneer mensen het lezen, ze voelen dat falen mag, dat falen goed is.
Majk Mirković, jij schrijft:
I’ll tell you how M stands for migrant, misrepresented, marginalized.
I’ll tell you how F stands for failed, fabulous, fuck off.
I’ll tell you how X stands for xtraordinary, xperienced, xtravagant.
Ik zal je vertellen hoe M staat voor migrant, misgerepresenteerd, marginaal.
Ik zal je vertellen hoe F staat voor falen, fabuleus, flikker op.
Ik zal je vertellen hoe X staat voor xtraordinair, xperiëntieel, xtravagant.
Wat was de inspiratie voor dit gedicht?
Mirković: Ik krijg vaak vragen over mijn gender en hoe dat zit. Soms vragen mensen gewoon heel bot op straat ‘wat heb je tussen je benen?’ Mensen kunnen best opdringerig zijn met hun vragen, terwijl ze je helemaal niet kennen. Ze hebben niet altijd de sensitiviteit om na te denken over wat ze nu eigenlijk aan een vreemde vragen en waarom. Volgens mij hebben ze dat zelf ook niet helemaal door op zo’n moment, maar er is blijkbaar iets wat hen choqueert. Ik pas niet in een hokje en die frustratie is dan blijkbaar hun motivatie om me op straat aan te spreken. Er zit veel emotie in dit gedicht omdat je zelf lange tijd, soms jaren, bezig bent geweest met je genderidentiteit te ontdekken en dan komt iemand opeens naar je toe die dat eventjes van je wil weten. Dat voelt als een hele oneerlijke en onrechtvaardige uitwisseling. Daar kwam de inspiratie vandaan.
Luis Bracamontes, jij schreef een gedicht over adem en ik vroeg me af of je meer kan vertellen over het verband tussen adem en queer zijn?
Bracamontes: Voordat ik vertel over dat verband, wil ik wat context geven over dit gedicht. Ik schreef het in 2020 toen corona nog een schok was en niet onder het tapijt geveegd. Ik was geboekt voor een eindejaar evenement van queer festival Milkshake. Het verzoek was om iets te schrijven voor onze gemeenschap, die hard geraakt was door de lockdowns. Veel van ons worstelden met mentale gezondheid en isolatie. Dit gedicht gaat over erkennen wat we als gemeenschap hebben doorgemaakt.
Adem was een centraal thema, zeker in de nasleep van de Black Lives Matter-opstand toen Zwarte mensen massaal I can’t breathe riepen. Geen adem vanwege racisme, maar ook geen adem vanwege corona. Dit heeft ook te maken met queer mensen, die beperkte toegang hebben tot zorg, waardoor zij historisch gezien erg kwetsbaar zijn voor gezondheidsrisico’s. Dit gedicht was bedoeld om stil te staan bij de traumatische gebeurtenissen, om opnieuw verbinding met elkaar te maken en te zeggen: ‘Hou vol, we zijn er nog, we eren hen die er niet meer zijn, we kijken vooruit en hebben hoop, hoop op een beter 2021.’ Dat laatste is helaas niet uitgekomen, maar zonder hoop is er niets.
Het boek heeft bijdragen in zowel Engels als Nederlands. Hoe kwamen jullie tot deze beslissing?
Bracamontes: We wilden de queer gemeenschap vertegenwoordigen zoals die in Nederland is. Ik ben een immigrant, net als vele anderen in ons team en onze gemeenschap. Engels wordt dan een soort overbruggingstaal. Omdat veel mensen in Nederland erg goed Engels spreken, voelde het ook heel natuurlijk om onze evenementen en projecten in het Engels te doen. We begrijpen echter ook dat Nederlands de officiële taal is en dat veel mensen het prettiger vinden om in het Nederlands te schrijven. Nog voor we de oproep voor bijdragen online hadden gezet, vroegen mensen in de gemeenschap: ‘Ik schrijf normaliter in het Nederlands, is dat ook mogelijk?’ En toen dachten we, waarom niet allebei? Zo werd de anthologie een afspiegeling van de echte wereld, van queer mensen die elkaar ontmoeten in meerdere talen en ervaringen.
Krieger: Het was de enige manier. De anthologie is ondenkbaar enkel in het Engels of enkel in het Nederlands.
Mirković: Ik denk ook dat je de diversiteit van onze gemeenschap recht doet op deze manier, in plaats van vertalen bijvoorbeeld. Het is weer een mooi voorbeeld van inclusiviteit.
Bracamontes: De enige voorwaarde om gepubliceerd te worden was dat je in Nederland woonde op het moment van de publicatie. Dus welke achtergrond je ook had, je kon deel worden van dit boek.
Majk Mirković, Zaïre Krieger, jullie schrijven zowel in het Nederlands als in het Engels. Wanneer schrijf je in welke taal?
Mirković: Ik vind het een hele interessante vraag. Aan de ene kant is het gevoelsmatig. Het komt hoe het komt en zo neem ik het ook, dus ik ga dan niet kijken welke taal beter past. Ik denk dat een gedeelte daarvan voortkomt uit het feit dat ik zelf als migrant naar Nederland ben gekomen vanuit Servië en daarom die dubbeltaligheid altijd heb gehad. Mijn Nederlands is beter dan mijn Servisch, dus ik mix ook vaak dingen. Ik kijk gewoon wat beter uitkomt. Soms dekt een bepaalde taal de lading beter.
Krieger: Ja, eens. Een gedeelte is gevoelsmatig. Ik ben begonnen met Engels, wat komt doordat ik tweetalig ben opgevoed. Ik praat zeventig procent van mijn dag Engels met mijn vrienden. Ik denk dus misschien wel minder in het Nederlands dan in het Engels. Maar toen ik het werkveld inging werd het gewoon: wat wil de klant? En die vragen soms Engels, soms Nederlands. Als ik voor mezelf schrijf, gaat het om welk idee ik wil beschrijven en welke taal daar het beste bij past. Mijn eerste stuk heet codeswitching, waar gewoon geen Nederlands woord voor is. Dus dan voelt het heel natuurlijk om het in het Engels te doen. Nederlands is bovendien een rauwere taal. Je kan daar veel nuchterder mee omgaan. Ik vind het ook moeilijker om in het Nederlands te schrijven omdat veel dingen snel cringy of cheesy klinken. Het is net als de stof lamé: mooi, but it can be costumy. Spoken word komt oorspronkelijk uit het Engels. Als je dan niet goed nadenkt over welke woorden je in het Nederlands gebruikt, is het net alsof je lamé aanhebt, a weird costumy thing that doesn’t quite fit. Ik vind in het Nederlands schrijven dus moeilijker. Toch is het ook een leuke uitdaging. Het is leuk om ermee te oefenen en te kijken of ik de norse nuchtere Nederlanders iets kan laten voelen.
Er zijn Nederlanders die zeggen dat de verengelsing van de taal ook wel taalverloedering is. Hoe zien jullie dat?
Krieger: Taal is geen exacte wetenschap. Taal is iets wat verandert en beweegt. Honderden jaren geleden was Latijn de lingua franca. Daarna was Frans de lingua franca en nu is het Engels. Dus over een paar jaar is het misschien weer Mandarijn. Je kan zeggen dat het taalverloedering is en je er als een botte buffel tegen verzetten, maar de taal gaat moven als een trein. You either jump on or you don’t arrive where you’re supposed to arrive. Er zijn ook nieuwe Nederlandse woorden die worden toegevoegd vanuit het Sranang, vanuit de straattaal, vanuit het Arabisch. En dat is een sign of the times, van onze globalisering.
Wat is de relatie tussen de Engelse taal en queer zijn?
Bracamontes: Twee onderwerpen komen in me op. Ten eerste is Engels is de lingua franca geworden door kolonialisme. Daardoor gaat veel van onze aandacht uit naar de Engelssprekende wereld, vooral het Westen. Maar er zijn ook andere culturen en perspectieven, zoals Inheemse culturen, die de wereld en queer zijn op een hele andere manier begrijpen. Toch krijgen die manieren van denken niet zoveel aandacht als ideeën en ideologieën van de Engelssprekende wereld. Dat is de macht van het Engels.
Het tweede onderwerp is technologie. Er zijn nog steeds meer landen waar queer zijn illegaal is dan waar dat niet zo is. Dus veel queer mensen moeten leven op plekken waar ze de vreemde eend in de bijt zijn. Zij kunnen hun gemeenschap, hun safer spaces, online vinden. Daar leren ze van elkaar, geven ze elkaar tips en ontdekken ze hun identiteiten, vooral omdat ze dat niet op school kunnen leren, van de media of van hun families. Veel van deze online communicatie vindt plaats in het Engels, dus dat is een gemeenschappelijke basis voor queer mensen van verschillende plekken om elkaar te ontmoeten.
Mirković: Mag ik ook wat vragen? Ik vind het namelijk interessant dat de titel Queer and Feminist Poetry Anthology is. Waarom die twee woorden, queer en feministisch?
Bracamontes: Een van de eerste en meest belangrijke speerpunten van dit project was dat we een alternatief wilden bieden voor LHBT-platforms die voornamelijk gericht zijn op cis, homo, witte mannen. Vaak zijn die platforms niet alleen onveilig, maar ze kunnen zelfs vijandig zijn naar andere mensen in de gemeenschap. We hebben ons laten inspireren door grassroots initiatieven in Rotterdam, zoals Queer Rotterdam, KLAUW, The Hangout 010 en de Gender Bending Queer Parties. Al die initiatieven klinken door in ons project, want we bestaan niet in een vacuüm. We zijn onderdeel van een groot netwerk van mensen die hard werken om plekken te creëren waar consent en vragen naar elkaars voornaamwoorden actief wordt gestimuleerd, waar het normaal is om te praten over mentale gezondheid, waar we verschillende lagen van onderdrukking begrijpen, en waar het geen kwestie is van: hey, iedereen hier is queer, dus iedereen is hetzelfde. Queer is een politiek woord. Het is een zelfstandig naamwoord, het is een werkwoord, het is een reis. Voor ons is de politieke kracht van queer zijn direct verbonden met feminisme, vooral met de vierde feministische golf, omdat feminisme, net als queer zijn, oog heeft voor verschillen in klasse, etniciteit, oriëntatie, en lichamelijke en mentale capaciteit. Daarom heet het boek de Queer and Feminist Poetry Anthology.
Een interview met Luis Bracamontes, Zaïre Krieger en Majk Mirković door Charlotte Knoors.
Reacties
Je reactie zal pas verschijnen na controle op spam. Dat kan een paar uren of dagen duren.