Poëzie, Recensies

Onderzoek naar het onzegbare

Ongevraagd advies

Ester Naomi Perquin

Heeft poëzie een functie, en zo ja, wat is die dan precies? Een omvangrijke vraag die ik – wees gerust, lezer – niet zal proberen in dit stuk te beantwoorden. Toch stel ik de vraag omdat Ester Naomi Perquin met de titel van haar bundel Ongevraagd advies zo luid en duidelijk een van de mogelijke antwoorden geeft. Is poëzie in staat ons van adviezen te voorzien waarvan we wellicht nog niet wisten dat we ze nodig hadden?

Perquin liet met de publicatie van deze bundel iets langer op zich wachten dan gebruikelijk. Sinds haar poëziedebuut Servetten halfstok uit 2007 publiceerde ze in rap tempo de bundels Namens de ander (2009), Celinspecties (2012), Meervoudig afwezig (2017) en Lange armen (2018). Ze kreeg voor haar werk onder meer de Anna Blamanprijs, de Lucy B. en C.W. van der Hoogtprijs, de J.C. Bloemprijs en de VSB Poëzieprijs toegekend. Het leverde haar ook de eer op in 2017 en 2018 de rol van Dichter des Vaderlands van Nederland te mogen vervullen – een functie waarvan dichters, naar men zegt, vaak zo overwerkt raken dat ze er een tijdje van moeten bijkomen. Niet zo vreemd, dus, dat Perquin even op adem moest komen.

Maatschappelijk betrokken

In Ongevraagd advies klinkt de maatschappelijke betrokkenheid die die laatste rol van haar vroeg duidelijk door. De bundel is opgedeeld in vier afdelingen, ieder met een eigen ongevraagd advies als titel. Ze zijn afwisselend poëtisch en concreet. De afdeling Zet geen misdrijf op je naam doet Perquin-kenners waarschijnlijk denken aan haar bundel Celinspecties, waarin ze het leven achter de tralies onderzocht, ongetwijfeld geïnspireerd door de baan als gevangenisbewaarder waarmee ze tijdens haar studie aan de Schrijversvakschool haar collegegeld betaalde. Ze keerde terug naar het onderwerp in haar tijd als Dichter des Vaderlands, toen ze onder de noemer Lange armen tien gedichten publiceerde ter gelegenheid van het vijfjarig bestaan van de Nationale Politie. In die bundel stonden juist de mensen achter het credo ‘waakzaam en dienstbaar’ centraal.

In het eerste deel van Ongevraagd advies sluipt de criminaliteit opnieuw Perquins poëzie binnen. Een misdaad is zo begaan, zou de lezer kunnen denken wanneer die de gedichten tot zich neemt: een beer is zo neergeschoten, een meisje zo geslagen. Het kan zelfs een verslavende bezigheid zijn, een experiment waarbij je kijkt hoe ver je kunt gaan:

Kijk hoe die botjes snel hun cel in schieten, zie

hoe de rug zich terugtrekt, hoe aarzelend

die popperige beentjes.

In deze gedichten lijkt er steeds sprake te zijn van een goed en een kwaad, een machtige en een hulpeloze. Het meisje is klein en broos, heeft een ‘inklapbaar zelfbeeld’. Waar de een de beer koste wat het kost in leven wil laten, schiet de ander ’m zonder scrupules dood. Toch is die dichotomie soms omkeerbaar. ‘Meisjes gaan nieuw gauw kapot’, dicht Perquin: hun praten kan zich meten met het praten van een man, hun wil kan zich meten met die van God. 

Net als in haar eerdere werk staat Perquin stil bij verschillende perspectieven: bij daders en slachtoffers, maar ook bij getuigen. Over het verloop van een misdaad kan een bijstander zelden iets verklaren. Zelfs de grootste misdadiger kan een alleraardigste buurtgenoot lijken, die netjes de katten te eten geeft en de planten verzorgt.

Veelkantige wereld

In de afdeling Praat niet als het om vertragen gaat onderzoekt Perquin de taal, of specifieker: het onzegbare. Ze schrijft ‘dat de waarheid zich niet laat vertellen’ en dat ‘ons geheugen [ons] misleidt’, maar in plaats van daarom te rouwen, mogen we ons ook opgelucht voelen. De waarheid is beweeglijk, en dat levert meerdere werkelijkheden op die naast elkaar mogen bestaan en elkaar aanvullen. Dat zien we ook in het gedicht ‘Tellen’, waarin de ik met een bevriende vogelkenner op pad gaat en allerlei vogels benoemt die niet te zien zijn, maar daar niet rouwig om is:

D. kijkt graag vogels, ik mag mee. Kijk, zeg ik,

een bonte ekster. Nou, zegt D.,

dat is een Vlaamse gaai.

 

En daar, bij de waterkant, zit een jonge

wintertaling. Nou nee, zegt D.

Dat is een smient.

 

Verrijkend is het, vogelkijken. We zijn pas

net begonnen en we hebben er

al vier gezien.

Waar veel mensen desinformatie als een van de grootste gevaren van onze tijd zien, lijkt Perquin die problematiek te willen relativeren: de wereld is nu eenmaal veelkantig, en door al die verschillende verhalen te blijven vertellen, geven we daar ruimte aan. Anders rest ons alleen nog het zwijgen, waarin de angst is geslopen niet genuanceerd genoeg te zijn.

Iedereen een stem geven, is iedereen een stukje van Nederland geven, blijkt uit het titelgedicht ‘Ongevraagd advies’, waarin de stem van Perquin als Dichter des Vaderlands luid en duidelijk klinkt. Ook ‘de manken, de blinden, de stamelaars / en slissers’ hebben recht op dat land – misschien juist zij, omdat ze de beperkingen van het land beter kennen dan wie dan ook, weten waar de grenzen liggen. 

Lezer als kiezer

In Ongevraagd advies wordt de lezer meermaals aangesproken in diens rol als kiezer. ‘Maar geef één stem weg. / Nooit de macht.’ dicht Perquin in de laatste regels van het titelgedicht, en die vorm pakt ze naadloos over in het openingsgedicht van de derde afdeling, Geloof alleen nog woorden, ‘Tot de kiezer’ getiteld. In dit deel blijken de verhalen die middels taal kunnen worden overgedragen vooral de toekomstvoorspellingen van volksvertegenwoordigers die bedelen om de stem van het volk. Zij brengen ‘niet alleen de juiste muntsoort terug / maar ook de kleine prijzen’, ‘takelen een tijdperk omhoog, / nu roestig en overwoekerd, inclusief vriendelijk groeten / op straat, de kaasboer op de hoek, desnoods / huren wij figuranten in.’ Met dank aan deze politici zullen we terugkeren naar die goede oude tijd, is de belofte.

Om de kiezer te overtuigen, hebben zij hun eigen taal geschapen, toont Perquin in het gedicht ‘Verklarende woordenlijst’. Woorden als ‘Houdbaarheid’, ‘Koopkracht’ en ‘Staatsschuld’ krijgen nieuwe betekenissen. In de taal van de dichter staat het laatste lemma voor het volgende:

Staatsschuld: het schuldgevoel omtrent

de openlijke onrechtvaardigheid die het gevolg is

van bepaald beleid. Beseffen van gedane zaken.

Soms inclusief de wens dat goed te maken.

De politicus is in Perquins poëzie niet enkel een charlatan of oplichter, maar ook een mens met de wens de fouten van zichzelf en de ander goed te maken. Een verhalenverteller die misschien wel het beste met het volk voorheeft, maar niet altijd als zodanig uit de verf komt. We zouden bijna medelijden krijgen.

Dagelijkse bezigheden

In Ongevraagd advies kiest Perquin meermaals voor een gedicht waarin zij reflecteert op dagelijkse bezigheden, zoals bidden en lopen. De gedichten doen denken aan Dagen in huis (2021), de poëziebundel waarmee Roelof ten Napel in 2022 De Grote Poëzieprijs won, en waarin hij in de verstilling van de thuisomgeving inzoomt op handelingen als deze, en daarbij eveneens het bidden tot God aan bod laat komen. ‘Misschien dat bidden een naam is voor/ wat enkel bestaat wanneer je het doet, / als het toevallig lukt,’ dichtte Ten Napel. ‘Het bidden is van het zelfzuchtige het toegewijde maken,’ dicht nu Perquin. Verschillende zienswijzen, wellicht, maar door de secure beschrijvingen voelen beide gedichten even waar.

Net als Ten Napel zoekt Perquin in haar bundel naar het verband tussen het woord en het geloof, en wat er gebeurt wanneer je van een van beide afstand neemt. In het gedicht ‘Belijdenis’ zwijgt God in alle talen, en slaat daarmee het ongeloof toe. Bestaat de wereld enkel door de betekenis die we aan de dingen toekennen, of zijn die dingen er ook zonder onze benoemzucht? Zolang er twijfel is, blijven we bidden: voor de man in het park, voor de arts die ons kan vertellen of er nog een kans op overleven is. Ook die kracht ligt in taal.

In Loop in de schemering naar huis, de slotafdeling van de bundel, sluipt de dood opnieuw de poëzie in. Die wordt met gelatenheid ontvangen: vroeg of laat gaan we nu eenmaal allemaal, en voorlopig blijft het heengaan op afstand, in de vorm van een man in de tram of een neergezakte figuur op het trottoir. Hoogstens is er angst voor het moment dat zo’n willekeurige passant een ‘mens van mij’ wordt, en het uitvaartcircus dat daarop volgt, met ‘rouwclowns’, ‘professionele huilers’ en ‘vier dragers van gelijk formaat’ in gang wordt gezet. Of erger nog: als de eenzaamheid aanklopt die op die grote gebaren volgt, in de vorm van een wandeling over straat zonder het gezelschap van die ene persoon.

Waar Perquin zich in het ene gedicht nederig opstelt, zoekt naar een woord dat haar is ontschoten, plaatst ze de dichter in het volgende op een voetstuk:

Geef een dichter een oorlog en hij maakt van de verduisterde stad

een diepzwarte zee. Vormt zeester uit inslag, plankton uit as.

De woorden van de dichter kunnen herstellen en creëren, kunnen schuilkelders bouwen en gevaar verjagen. Inderdaad, het is alleen maar ‘gepraat, vaag, onder de oppervlakte, / goeddeels onverstaanbaar’, maar toch: poëzie kan, zeker in deze onbestemde tijden, levens redden – door richting te geven, de fantasie aan te wakkeren.

‘De allermooiste onzin / kent geen tegengif,’ zijn de slotwoorden van Ongevraagd advies, en daarmee is het belangrijkste ongevraagde advies van de bundel wellicht de aansporing om meer poëzie in het leven toe te laten: in de vorm van het taalspel, van de meerstemmigheid, van alle verhalen die misschien waar zijn of misschien net niet. Met Ongevraagd advies levert Ester Naomi Perquin opnieuw een bundel af die helder van taal is en in onderlinge samenhang tegelijkertijd vol van betekenis, die ons telkens opnieuw doet stilstaan bij de kracht van het veelkantige woord.

 

Een recensie door Anne van den Dool over Ongevraagd advies van Ester Naomi Perquin.

Van Oorschot, Amsterdam, 2022
ISBN 9789028223240
55p.

Geplaatst op 01/03/2023

Tags: Dichter des Vaderlands, Gevangenis, machtsverhoudingen, Poëzie

Categorie: Poëzie, Recensies

Naar boven

Reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Je reactie zal pas verschijnen na controle op spam. Dat kan een paar uren of dagen duren.