Proza, Recensies

Butterfly effect in kunstzinnig Parijs

Luister

Sacha Bronwasser

De afgelopen tijd zijn er meerdere boeken en films verschenen waarin het mensenleven als kunstwerk wordt gethematiseerd. Specifieker: in deze verhalen wordt de hoofdpersoon van dichtbij in de gaten gehouden door iemand die zich presenteert als een vriendelijk figuur, maar die in praktijk uit is op de creatie van een kunststuk waarin surveillance het kernbegrip is.

Denk bijvoorbeeld aan de dramatische thriller The Voyeurs (2021), geregisseerd door Michael Mohan, waarin een jong stel haar intrek neemt in een appartementencomplex in Montreal met verdacht goed uitzicht op de overburen, die niets liever lijken te doen dan elkaar de kleren van het lijf scheuren. Naarmate de film vordert, wordt het nieuwsgierige koppel zich steeds meer bewust van het feit dat zij niet alleen toeschouwers zijn, maar bovenal de objecten van andermans blik. Sartre zei het al: het is de blik van de ander die onze vrijheid bedreigt.

Een ander recent voorbeeld is Muze (2023), de debuutroman van de Nederlandse auteur Loren Snel, waarin de jonge Nora halsoverkop met een koffer vol camera’s naar Berlijn verhuist. Daar wordt ze verliefd op de getalenteerde schilder Dominik, die haar graag op zijn doeken wil vastleggen. Hierdoor ontstaat een voyeuristisch kat-en-muisspel, waarvoor beide kunstenaars een prijs betalen.

Wederzijds voyeurisme

Snel nam dit thema al eerder onder de loep in een essay uit 2022 over plagiaat van levenskunst in rekto:verso. Daarin maakt ze duidelijk hoe we vandaag de dag van ons leven een online kunstwerk proberen te maken: we leggen het vast in woord en beeld en plaatsen het op LinkedIn, Instagram en datingapps. Tegelijkertijd weten we onszelf daardoor ook continu bespied door anderen, en het is precies dat wederzijdse voyeurisme waardoor de scheidslijn tussen het eigen leven en dat van een ander vervaagt. Bovendien: wanneer word je simpelweg bekeken en wanneer gaat een ander met jouw leven aan de haal?

Die vraag is vandaag de dag misschien wel actueler dan ooit. In die zin past Luister, de tweede roman van de Nederlandse kunstcriticus Sacha Bronwasser, perfect in de huidige tijd. We volgen de jonge Marie, die haar wat grijzemuizerige leven achter zich heeft gelaten om in Parijs fotografie te gaan studeren. Daar komt ze in aanraking met docente Flo, een beroemd fotograaf, die Marie precies de aandacht geeft die ze nodig heeft. Tenminste, dat is wat we op dat moment nog denken, wanneer we toekijken hoe Marie wordt omgetoverd tot een ander mens: Flo voert eindeloze telefoongesprekken met de jongere Marie, die haar uit haar slaap houden, moedigt haar aan af te vallen, doet haar kleren cadeau die haar uiterlijk transformeren en geeft haar boeken die haar manier van denken veranderen, onder meer over grensverleggende – en volgens sommigen grensoverschrijdende – kunstprojecten waarin voyeurisme opvallend vaak een rol speelt. Elke fotograaf moet de grenzen van de ander overschrijden om interessant beeld te kunnen maken, lijkt bijna de boodschap, en de kijker naar die foto’s doet dat nog eens dunnetjes over – een statement waarbij Susan Sontag zich in haar beroemde essay On Photography uit 1973 alvast aansloot.

Naarmate de roman vordert, begin je je af te vragen waar Marie eindigt en Flo begint, zo sterk wordt haar identiteit door deze gevierde fotograaf bepaald. Alles voor het succes waar Marie zo naar verlangt. Alles om niet meer die grijze muis te zijn:

Wat telt is dat jij complimenten maakt. Het staat me goed. Wat standvastig van me. Ik lijk volwassener. Mijn ogen zijn groter. Zie nou, die jukbeenderen. Heb ik weleens een pony overwogen? Robbie er kan er een bij me knippen, ook dat kan hij heel goed.

Als ik, heel af en toe, mijn ouderlijk huis bezoek maakt mijn moeder zich zorgen, zegt mijn vader dat ik er ‘armoedig’ uitzie. Ik neem me voor dit vol te houden. Je zou kunnen zeggen dat ik per verloren kilo er een aan zelfvertrouwen win. Je zou ook kunnen zeggen dat ik mezelf kilo voor kilo inlever. Ik denk dat het allebei waar is, eigenlijk.

Plagiaat van levenskunst

Het is dat verhaal dat Marie in Luister vertelt. Dat doet ze terugblikkend, tientallen jaren na dato. Nu pas beseft ze wat haar toen precies is aangedaan: niet alleen is haar identiteit haar afgenomen, ook is die schaamteloos op straat geworpen, ontdekken we in het slot van de roman. Flo heeft plagiaat van levenskunst gepleegd, en daar zal ze voor boeten.

Maar dat is nog niet alles. Luister gaat namelijk ook over een andere figuur met wie Marie in haar tijd in Parijs in aanraking kwam: Philippe Lambert, de jonge vader van het gezin waar zij als au pair de kost verdiende. Bronwasser duikt ook in zijn levensverhaal: deze man werd in zijn jeugd al weggezet als licht geestesziek, omdat hij dacht nare gebeurtenissen te voelen naderen. Zijn familieleden geloven hem maar nauwelijks, ook omdat hij er – eerlijk is eerlijk – ook nog weleens naast zit. Maar dan doet zich een moment voor dat hij wél zag aankomen.

Je merkt het: Luister is een roman vol intriges, met continue wisselingen in tijd en perspectief. Knap genoeg weet de auteur het toch steeds overzichtelijk te houden – en meer: je krijgt zin om door te lezen, op zoek naar de clou. Wat hebben al deze verhalen precies met elkaar te maken? Wat is de precieze aanleiding voor Marie om nu met dit verhaal over Flo naar buiten te treden?

Broeierige metropool

Natuurlijk helpt het ook dat Luister zich afspeelt in het chique, broeierige Parijs: een metropool waarin de appartementen zo klein zijn en de cafétjes zo smal dat levens zich bijna op andermans lip moeten afspelen. Die setting past perfect bij het verhaal dat Bronwasser wil vertellen én bij de vragen die zij oproept: hoe beïnvloeden verschillende levens elkaar? En hoe staan verschillende momenten in de tijd met elkaar in verband? Het is het butterfly effect in optima forma, zou je kunnen zeggen: de woorden en daden van een personage in de ene periode hebben onherroepelijk invloed op die van een figuur in de andere.

Door alle wisselingen van tijd en perspectief kun je achter het antwoord niet direct je vinger krijgen. En dat is ook niet erg: de roman nodigt uit tot herlezing, en Bronwasser doet dat zonder al te nadrukkelijk cliffhangers op te werpen. Bovendien maakt Luister gebruik van jaloersmakend vloeiende taal, die nieuwsgierig maakt naar elke volgende zin – ook door de prangende aanspreekvorm die de verteller zo nu en dan hanteert:

Voor ons verhaal heb ik een derde nodig, want ieder verhaal rust op drie punten. Anders valt het om. De drie punten zijn jij, ik en Philippe Lambert. Een man die jij nooit gekend hebt en ikzelf maar kort, maar onder wie dit verhaal niet verteld kan worden. Dat het comfortabeler is om het over een ander te hebben hoef ik jou niet uit te leggen, Flo.

Wie zich inderdaad aan een tweede leesronde waagt, zal ontdekken dat het antwoord op sommige vragen al vroeg werd aangekondigd: in de kunstboeken die Flo aan Marie voorlegt, in de gesprekken die de twee voerden, in de geschiedenissen die ons al in vroege stadia van de roman werden voorgelegd. Ingenieus en bewonderenswaardig, dat is Luister – mede dankzij Bronwassers jarenlange ervaring als kunstjournalist, waardoor ze beschikt over een grote hoeveelheid vertelkracht én kennis van de fotografiewereld die ze beschrijft. Een leeservaring die doet hunkeren naar Bronwassers volgende roman.

 

Een recensie van Anne van den Dool over Luister van Sacha Bronwasser.

Ambo | Anthos, Amsterdam, 2023
ISBN 9789026352065
256p.

Geplaatst op 13/03/2024

Tags: Identiteit, levenskunst, Sacha Bronwasser

Categorie: Proza, Recensies

Naar boven

Reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Je reactie zal pas verschijnen na controle op spam. Dat kan een paar uren of dagen duren.