Essaybundel, Recensies

De wereld is soul

De straatwaarde van de ziel

Roel Bentz van den Berg

Veel essayistiek verzandt dezer dagen in fragmentair ik-gezucht, met tussendoor een flard citaat hier en een pakkende anekdote daar om het belang van dat geklaag te onderstrepen. In zulke teksten raken essayistiek als tastend denken en het waarheidsbevlogen zoeken naar zichzelf vervlochten. Soms geeft dat vonken (denk bijvoorbeeld aan Maggie Nelson of Geoff Dyer), maar veel vaker resulteert deze combinatie in vermoeiend, zowel aanstellerig als ‘uitstellerig’ proza van mensen die hardop twijfelend een exit of oplossing zeggen te zoeken, zonder die ooit te vinden omdat ze het pad van het onbeslist weifelen al te zeer koesteren. Die oneindige zelfreflexiviteit stapelt negatie op negatie, ‘zou het niet kunnen?’ of ‘is het niet ook zo?’: zelfpijniging als zelfgenot.

De Nederlandse romancier en essayist Roel Bentz van den Berg (1949) heeft daar allemaal geen last van. Hij bepleit zelfloosheid, het momentaan opgaan in de ervaring van de directe band met de omgeving: ‘een eco- in plaats van een egopsychologie’. In een zeldzame harde oprisping – kritiek of polemiek is niet zijn genre – haalt hij uit naar wie zich beroept op de eigen identiteit, ‘dat alle bezielde verbindingen verbrekende “van mij”’, dat ‘uit wat categoriale overeenkomsten met anderen in elkaar geflanst masker om de kwetsbaarheid en uniciteit van ons ware gezicht mee te bedekken’. Identiteitsgeroep is volgens hem een afweerreactie, het omzeilen van de moeilijkheid om met overgave te leven in het heden. ‘We may not be strong enough to live in the present’, schreef Saul Bellow ooit in een brief aan de criticus Lionel Trilling. De zin fungeert als springplank in een essay met de prachtige titel ‘De uitdragerij van het hart’. Het hart, jawel: Bentz van den Berg is niet bang van ouderwetse woorden, zie ook die ziel in de boektitel. Ziel: ‘symbool van een alle menselijke emoties samenpakkende dynamiek’, een ‘bevlogen movement van diep van binnen naar buiten’, schrijft hij.

 

Kosmisch vitalisme

Het is al vaak opgemerkt naar aanleiding van eerdere boeken van hem: Bentz van den Berg is voor het volle pond een persoonlijke essayist. Dat schrijven à titre personnel heeft echter niks te maken met zelfgewroet of zelftwijfel. Van den Berg probeert woorden te vinden voor wat hem als levensflaneur tegemoet waait en aanspreekt: een plotse herinnering, een terloopse observatie op straat, een zinsflard uit een popsong. Dit is een essayist die iets overkomt en daar wat mee doet: schrijven. Met dat ‘hem overkomen’ is daarom altijd ook meer aan de hand. Getroffen worden blijkt voor hem betrokken worden vanwege de onverwachte, nooit te plannen resonantie tussen de buiten- en binnenwereld. In dat onverhoedse moment van eenstemmigheid lost de tegenstelling tussen ik en ander, ego en omgeving op in een samenhang, een melodie, een ritme dat vooruit stuwt omdat het ook de werkelijkheid draagt: alles raakt bezield, alles krijgt soul. Het is het patsboem van een zonnestraal die doet stilstaan, de inslag van een dichtregel, de perfect getimede tsjak van een invallende drum of het mysterieuze appel van een stem die je verplicht te luisteren, je in een klankkast verandert omdat ze meer van jou lijkt te weten dat jijzelf.

Magische momenten, inderdaad, die nogal eens worden verbonden aan beladen woorden als het sublieme, openbaring, verlichting, transcendentie, zelfs het absolute. Bentz van den Berg houdt het bij soul – hij benadrukt terecht dat ziel een onvolkomen vertaling is, te christelijk ook. Die shortcut snijdt iedere spiritualistische interpretatie de pas af en zinspeelt tegelijk op het gelijknamige muziekgenre. In de soul-ervaring ontstaat ‘een zowel binnen- als buitenwereld insluitend web van emoties, reflecties, fantasieën, stemmingen, betekenissen, dromen, gezichten en openbaringen’. Die ervaring bestaat echter enkel omdat de wereld zélf bezield is. De individuele ziel geeft zich juist prijs in de Einklang – en klinken, ja swingen doet het – met de wereldziel.

Het klinkt taoïstisch en boeddhistisch: hier lijkt een nogal eigenzinnige, niet zo orthodoxe zenmeester aan het woord. Bentz van den Berg wordt inderdaad geïnspireerd door oosterse denkbeelden, evenals door het ideeëngoed van Carl Gustav Jung. Die invloeden duiken in zijn essays slechts terloops op, kwestie van tussendoor een bron aan te geven en niet te doen alsof je het allemaal zelf hebt bedacht. Het gaat in deze opstellen trouwens niet echt om gedachten, laat staan een afgerond wereldbeeld. Voorop staat het talig vatten van een wereldervaring, een waarin de werkelijkheid als een vitaal krachtenveld verschijnt waarvan we zelf deel uitmaken omdat ieder zogeheten zelf ook niet meer is dan dat: een immer verschuivende configuratie van anonieme intensiteiten. Weg subject en object, en ook foetsie met de tegenstelling tussen lichaam en geest: eenheidservaringen deconstrueren op een geleefde manier het dualistisch denken. Met Bentz van den Bergs soulessays correspondeert kortom een kosmisch vitalisme, dat neerkomt op een mystiek materialisme; het is een beetje tot zeer verwant met de krachtenfilosofie van Friedrich Nietzsche, bepaalde ideeën van Walter Benjamin, en de verlangensmachines van Gilles Deleuze en Félix Guattari.

 

Talige voodoo power

Hoewel hij wijsbegeerte studeerde en de Griekse klassiekers kent, zijn filosofische pretenties Bentz van den Berg vreemd. Hij vat levensplezier – dat ook levensleed omvat – in tekstplezier, en dat met een onwaarschijnlijke talige souplesse: een speels meesterschap waarin de virtuositeit zichzelf negeert doordat geregeld een slangwoord of dooddoener wordt gedropt – uiteraard mét timing en een precies gevoel voor ritme. Neem bijvoorbeeld deze twee zinnen over de Amerikaanse saxofonist Charlie Parker:

 

De manier waarop hij sneller dan het licht maar geconcentreerd als een kind dat de knopen op zijn jas telt de kleppen van zijn instrument beroerde, hoe de noten, vanaf de bodem van zijn gemoed omhooggezogen, als in een vonkenregen joelend de lucht in schoten, elkaar in tongen sprekend bij hoog en bij laag achternazaten op de trappen van Escher, en elkaar vonden in de perfecte, uit de tijd schietende samenvatting van het moment, dit moment, en dit – om zichzelf vervolgens opnieuw te verliezen in de vervoering van de menselijke, al te menselijke, lyrische waarheid van de blues, die altijd en eeuwig onder al onze jazz en poëzie doorloopt. Alsof zijn saxofoon van binnenuit zo was gestemd dat in elke solo die hij speelde de harmonische structuur van zowel de ziel als die van het hele universum doorresoneerde.

 

Dit soort zinnen – ze zijn meestal korter dan de eerste volzin – duikt veelvuldig op in De straatwaarde van de ziel: Bentz van de Bergs proza praktiseert ‘de voodoo power van de taal’. Dat resulteert in tig regels die zo uit een uitstekend geschreven roman of gedicht zouden kunnen komen. Over ‘het lot’ – lees: Nietzsches amor fati – heet het bijvoorbeeld dat die uitdrukking altijd ‘iets overgeacteerd onheilspellends blijft houden’, iets van ‘het gezaag van twintig cello’s bij het naderen van een grote witte haai’. Of neem deze opsommende schets van de zielswaarde van de straat: ‘het geplok van een tennisbal tegen een muur, de hoefslagen van een politiepaard dat “surplace” voor een stoplicht een ongeduldige flamenco trappelt, het adagio van een windvlaag in de herfst, de grachten die elke nacht een eeuw of drie terugreizen in de tijd, de plotselinge driftbui van een motorfiets, de manier waarop een draaideur een bekende melodie een nieuw arrangement geeft’. Weelderige beeldspraak, jawel, maar oh zo soepel en trefzeker.

Bentz van den Berg schrijft over heel uiteenlopende dingen: een paarse plastic tas, het Niets, de neergang van een vrouw die altoos dezelfde regenjas droeg… En de stukken variëren in lengte: soms amper twee bladzijden, dan weer rond de dertig pagina’s. In die langere opstellen zitten meerdere mini-essays. Zo komen de twee daarnet geciteerde zinnen over Parker uit een beschouwing over een vroeg overleden jeugdvriend. Het gaat in De straatwaarde van de ziel trouwens wel vaker over gestorvenen. De portretten die Bentz van den Berg penseelt van zijn vader zaliger of een verscheiden zuster combineren op een ongewone manier melancholie met een aanvaarding van sterfelijkheid die allesbehalve gelaten aandoet maar, bijwijlen op het baldadige af, de gestorvene omarmt vanuit een tegelijk dankbaar en joyeus vitalisme. De dood hoort gewoon bij het leven, misschien bestendigt ze dat zelfs. Bijzonder memorabel is het lange essay waarin Bentz van den Berg de vraag probeert te beantwoorden wat er nu zo bijzonder was aan de colleges van zijn overleden leermeester Otto Duintjer, een Nederlandse filosoof met een grote belangstelling voor het Oosterse denken. Tussendoor becommentarieert hij zijn doctoraalscriptie over Nietzsches Also sprach Zarathustra; bij elkaar opgeteld komen deze omcirkelende kanttekeningen nog het dichtst in de buurt van zoiets als een leer – maar met aftrek van systematiek en dogmatiek. Niet echt een doctrine dus.

Al in zijn debuutbundel De luchtgitaar (1994) bewees Bentz van den Berg dat hij in ons taalgebied de primus inter pares is binnen het gilde der schrijvers over popmuziek. In het uitvoerige opstel over Bob Dylan doet hij het weer eens: essayeren vanuit het kloppend hart van één enkele song. Vertrekkend van het bezoek van Dylan aan de kamer waarin Neil Young zijn jeugd doorbracht, evoceert hij hoe Dylan de soul poogde te vatten in een song als ‘Visions of Johanna’. Ik hou niet echt van Dylans werk, maar ‘Het onbekende dat ons heeft veranderd’ is een verbluffend stuk: dit is popkritiek die zich kan meten met de beste kunstkritiek. Of neen, dit is simpelweg briljante essayistiek.

 

Zielsgeluk

De straatwaarde van de ziel kan je wellicht het best in schijfjes savoureren (al is ophouden met lezen moeilijk: resonantie!). Een echte boodschap biedt het boek niet, zelfs niet een levensles: daarvoor houdt het zich te ver van de taal van de moraal. Wat de essays bij elkaar houdt, is in essentie een levenshouding die openstaat voor de diepe verwantschappen tussen en met alles. Ieder opstel getuigt van een opmerkelijk inlevingsvermogen, met mensen en situaties evengoed als met dieren of dingen of een tekstrafel. Soul-ervaringen zijn inderdaad een zaak van een empathie die quasi-mimetisch is. Gelijk worden met wat wordt geobserveerd: Bentz van den Berg is geen leerling van Benjamin, maar deelt met hem behalve een fysiek materialisme ook het axioma dat in alle nabootsing een particulier waarheidsmoment schuilt. Vandaar ook dat binnenperspectief in zovele opstellen: schrijven vanuit het innerlijk – de ziel – van een song, zich ontdoen van zichzelf om een te worden met een waarneming die, alsof het een volmaakte telefoonlijn was, geruisloos verbindt met iets in de omgeving of deep down inside.

Een paar uitzonderingen daargelaten houdt deze essayistiek zich verre van cultuur- en maatschappijkritiek. En toch onderhoudt ze daar een nauwe band mee. Bentz van den Bergs schrijven wordt aangedreven door de motor en het doel van alle kritiek die haar naam waardig is: gelukservaringen en de hoop dat de kans daarop kan worden vergroot. Geluk is als het samen zingen bij gospel: je opgenomen weten, maar dan als een anonieme singulariteit, in een samenhang die je overstijgt maar niet opslokt. Bentz van den Berg predikt niets, vent geen Waarheden uit, heeft niks zweverigs; hij toont – dezelfde wereld als een seconde geleden, maar in een volstrekt ander licht: gered want eenstemmig zingend, jubelend, wenend.

De wereld is afwisselend brutale en melancholische poëzie, geen gortdroge filosofie; de wereld is afwisselend geschakeerde noise en sprankelende muziek, geen grijze moraal; de wereld is soul, niet lichaam plus geest of bewustzijn: dat zegt Bentz van den Bergs hyperbescheiden ontologie, en ik ben geneigd hem gelijk te geven.

 

Atlas Contact, Amsterdam/Antwerpen, 2022
ISBN 9789025459857
285p.

Geplaatst op 30/10/2022

Tags: Bob Dylan, Carl Gustav Jung, Charlie Parker, De straatwaarde van de ziel, Friedrich Nietzsche, Otto Duintjer, Roel Bentz van den Berg, Saul Bellow, Walter Benjamin

Categorie: Essaybundel, Recensies

Naar boven

Reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Je reactie zal pas verschijnen na controle op spam. Dat kan een paar uren of dagen duren.